OVER Karma

In de theosofie spreken we over wetmatigheden die de natuur regeren.

Eén daarvan is de wet van Karma. Deze kunnen we begrijpen als de wet van absolute rechtvaardigheid, die zich in alle facetten van de natuur laat zien. Natuurlijk hebben we soms het gevoel dat het leven moeilijk is. En natuurlijk vragen we ons dan af waar al die problemen vandaan komen.
Daarop een antwoord vinden kan alleen als we de wet van Karma samen zien met een andere wetmatigheid: de wet van periodiciteit, met andere woorden, reïncarnatie.

De theosofie leert dat ieder mens een straal is van de Universele Alziel, dat is het reservoir van alle ervaringen uit het verleden; van alles wat leeft en bewust is. We evolueren naar een beter en hoger bewustzijn, maar om dat te kunnen doen, hebben we veel kansen nodig. Reïncarnatie en Karma geven ons de nodige omstandigheden en kansen.

Wat we ‘vandaag’ doen zal ons ‘morgen’ bepalen. Het volgende leven zal een resultaat zijn van wat we hebben opgebouwd in vele vorige levens. Zo ondergaan we de gevolgen van de oorzaken die we zelf in beweging hebben gezet. We moeten leren om niet steeds dezelfde fouten te maken. Maar simpel is dat niet.

De wet van Karma is niet statisch, hij is organisch, beweeglijk en wordt voortdurend beïnvloed door onze nieuwe gedachten en daden.

William Quan Judge heeft 31 aforismen neergeschreven die deze wet verduidelijken.

U kunt ze raadplegen in: THEOSOFISCHE INZICHTEN – pag.266-270